Détails
N° d'objetFLM-95-287
TitreSchilderij in olieverf op doek met een portret van Baron Rengers, gemaakt door Piet van der Hem
Créateur Piet van der Hem (schilder)
DescriptionBetreft een olieverfschilderij op doek in een goudkleurig geprofileerde lijst geplaatst. Het is een portret van Th. M. TH. van Welderen baron Rengers op 76-jarige leeftijd. Linksboven is zijn naam vermeld en rechtsboven staat in het Latijns geschreven: Aet Suae 76 (oud zijnde 76).
Theodorus Marius Theresius van Welderen baron Rengers (1867-1945), zoon van burgemeester W.J. van Welderen Rengers te Leeuwarden, was een liberaal politicus. Hij was lid van de Provinciale Staten (1899-1914, 1917-1930) en Gedeputeerde Staten (1901-1914, 1917-1923) van Friesland. Van 1914-1916 was hij lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. In 1895 vestigde hij zich op Heemstra State te Oenkerk. Hij was een deskundige op landbouw- en waterstaatkundig gebied; was presidentcommisaris van de Friese Cooöperatieve Zuivel Export Vereniging (dat later Frico is genoemd) en vice voorzitter van de Bond van coöperatieve zuivelfabrieken in Friesland. Hij zette zich onder meer in voor de afsluiting van de Zuiderzee en de ruilverkaveling op Ameland. In zijn eigen omgeving (Trynwâlden) was hij voor velen een raadsman en vertrouwensman. Toen baron Rengers in 1930 de politiek vaarwel zei en uit Friesland vertrok werd het Th.M.T. van Welderen Rengersfonds voor algemeen Fries belang in het leven geroepen.
Hij vertrok naar Den Haag en werd daar door koningin Wilhelmina benoemd tot kamerheer in buitengewone dienst. In 1943 ging baron Rengers terug naar Leeuwarden. Van Welderen Rengers was Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en werd ter gelegenheid van zijn 70e verjaardag benoemd tot Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.
In 1955 werd in Leeuwarden aan de Westerplantage een door Hildo Krop vervaardigd monument voor hem onthuld.
Pieter van der Hem (Wirdum 1885 – Den Haag 1961) was schilder en tekenaar. In Amsterdam volgde hij opleidingen aan onder meer de Rijksschool voor Kunstnijverheid en de Rijksacademie van Beeldende Kunst. In 1907 vertrok hij naar Parijs en keerde een jaar later terug om het Amsterdamse straatleven in beeld te brengen. In de jaren 1909-1914 gold Van der Hem, samen met jonge schilders als Piet Mondriaan, Jan Sluyters en Leo Gestel, als vertegenwoordiger van het Amsterdamse luminisme, de stroming die, uitgaande van het Franse impressionisme, vernieuwingen in de Nederlandse kunst bracht.
Sinds het begin van zijn carrière deed Van der Hem - als nevenactiviteit - illustratiewerk voor kranten, tijdschriften en boeken. Verder ontwierp hij affiches en tekende politieke prenten. Zijn vermogen om snelle en rake typeringen te geven, maakte hem in dit genre zeer geliefd. Werk van zijn hand verscheen onder meer in De Nieuwe Amsterdammer (1914-1920), de Haagsche Post (1920-1935) en de Haagsche Courant (1935-1941). Toen de Duitse censuur in 1941 de Nederlandse pers geheel beheerste, staakte Van der Hem zijn activiteiten als politiek tekenaar. Tot zijn overlijden in 1961 concentreerde hij zich volledig op het portretschilderen.
Theodorus Marius Theresius van Welderen baron Rengers (1867-1945), zoon van burgemeester W.J. van Welderen Rengers te Leeuwarden, was een liberaal politicus. Hij was lid van de Provinciale Staten (1899-1914, 1917-1930) en Gedeputeerde Staten (1901-1914, 1917-1923) van Friesland. Van 1914-1916 was hij lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. In 1895 vestigde hij zich op Heemstra State te Oenkerk. Hij was een deskundige op landbouw- en waterstaatkundig gebied; was presidentcommisaris van de Friese Cooöperatieve Zuivel Export Vereniging (dat later Frico is genoemd) en vice voorzitter van de Bond van coöperatieve zuivelfabrieken in Friesland. Hij zette zich onder meer in voor de afsluiting van de Zuiderzee en de ruilverkaveling op Ameland. In zijn eigen omgeving (Trynwâlden) was hij voor velen een raadsman en vertrouwensman. Toen baron Rengers in 1930 de politiek vaarwel zei en uit Friesland vertrok werd het Th.M.T. van Welderen Rengersfonds voor algemeen Fries belang in het leven geroepen.
Hij vertrok naar Den Haag en werd daar door koningin Wilhelmina benoemd tot kamerheer in buitengewone dienst. In 1943 ging baron Rengers terug naar Leeuwarden. Van Welderen Rengers was Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en werd ter gelegenheid van zijn 70e verjaardag benoemd tot Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.
In 1955 werd in Leeuwarden aan de Westerplantage een door Hildo Krop vervaardigd monument voor hem onthuld.
Pieter van der Hem (Wirdum 1885 – Den Haag 1961) was schilder en tekenaar. In Amsterdam volgde hij opleidingen aan onder meer de Rijksschool voor Kunstnijverheid en de Rijksacademie van Beeldende Kunst. In 1907 vertrok hij naar Parijs en keerde een jaar later terug om het Amsterdamse straatleven in beeld te brengen. In de jaren 1909-1914 gold Van der Hem, samen met jonge schilders als Piet Mondriaan, Jan Sluyters en Leo Gestel, als vertegenwoordiger van het Amsterdamse luminisme, de stroming die, uitgaande van het Franse impressionisme, vernieuwingen in de Nederlandse kunst bracht.
Sinds het begin van zijn carrière deed Van der Hem - als nevenactiviteit - illustratiewerk voor kranten, tijdschriften en boeken. Verder ontwierp hij affiches en tekende politieke prenten. Zijn vermogen om snelle en rake typeringen te geven, maakte hem in dit genre zeer geliefd. Werk van zijn hand verscheen onder meer in De Nieuwe Amsterdammer (1914-1920), de Haagsche Post (1920-1935) en de Haagsche Courant (1935-1941). Toen de Duitse censuur in 1941 de Nederlandse pers geheel beheerste, staakte Van der Hem zijn activiteiten als politiek tekenaar. Tot zijn overlijden in 1961 concentreerde hij zich volledig op het portretschilderen.
Date 1943 - 1943
Nom d'objetschilderij
Catégorie d'objetschilderijen
Dimensions
hoogte: 100 cm
breedte: 81 cm
diepte: 8.5 cm
breedte: 81 cm
diepte: 8.5 cm